5.4.4   Kern Epe - Naoorlogse woonwijken - Omschrijving
 
Vormgeving Materiaal en kleur Detaillering Beschrijving Beschrijving Beschrijving

Omschrijving
In dit deelgebied, voor een groot deel zuidelijk van de kern Epe met ook een noordelijk gedeelte, komen woonwijken in traditionele blokverkaveling, het Nieuwe Bouwen, de Forumbeweging, thematische uitbreidingswijken en individuele woningbouw voor. Van de aanwezige grote bebouwingscomplexen is het bejaardentehuis Klaarbeek het meest markante complex. Groenstructuren zijn ook beeldbepalend voor dit deelgebied zoals de groene strook langs het Molenpad tot aan het sportcomplex tussen de Tongerenseweg en de Klimtuin. Aan zuidelijke randen van de Burgerenk en de Vegtelarij liggen groengebieden met een parkachtige sfeer.


 
Blokvormig straatpatroon: Borgstuk (Burgerenk)


Gesloten achtererven (Burgerenk)

 

Woonwijken in traditionele blokverkaveling
In de drie decennia na de Tweede Wereldoorlog zijn er veel uitleggebieden gerealiseerd met een eenvoudig patroon van rechte straten met een symmetrisch straatprofiel en bomen op de trottoirs. Langs deze straten zijn woningen gebouwd, veelal in rijtjes van drie of meer, afgewisseld met dubbele en vrijstaande woningen. Soms is er sprake van een geclusterde stedenbouwkundige opzet met U-vormige blokken. De Borgstuk (Burgerenk) en de Gildeland illustreren de stedenbouwkundige opzet van deze woonwijken. Typerend zijn het blokvormig stratenpatroon en het straatgericht wonen. De straathoeken zijn open, waarbij de woningen veelal een duidelijk onderscheid hebben tussen voorgevel en zijgevel. Eenvoudige hoofdmassa’s met twee lagen en kap geven rust in het bebouwingsbeeld. De aanwezige complexen zijn in hun oorspronkelijke opzet architectonisch en stedenbouwkundig met zorg ontworpen. De samenhang in het straatbeeld ontstaat onder meer door het toepassen van een ingetogen materiaal- en kleurgebruik. De begane grond is meestal opgetrokken uit een donkere baksteen dan de verdieping en de daken zijn ook voor het merendeel gedekt met antracietkleurige pannen. Dit draagt bij aan de horizontaliteit van de lange blokvormen. De herhaling van gelijkvormige koppen van bouwblokken (met soms een andere kleur baksteen dan de gevels) geeft een karakteristiek beeld naar zijstraten.


Detail (onderscheid tussen onderbouw en verdieping)

Voor- en zijtuinen zijn gescheiden van de openbare ruimte door eenvoudige maar verzorgde lage erfafscheidingen. Deze woongebieden hebben een overzichtelijk, rustig en relatief groen karakter.


Middenhofje: Jagerstraat


Laarenk (de Hoge Weerd): verticale gevelaccenten

Het Nieuwe Bouwen
De woongebieden gerealiseerd in de jaren ’60 en ’70 met als inspiratie de ideeën van het Nieuwe Bouwen tonen rationele wijkontwerpen met een sobere architectuur. In de opbouw van de gebieden is een duidelijke functiescheiding aangebracht tussen wonen, werken, winkelen, groen en verkeer.

Grote invloed op de opzet van de verkaveling en de schakering van woningtypen was de eis om de bebouwing in bouwstromen te realiseren. De gebouwen en gebouwcomplexen bestaan uit eenvoudige, rechthoekige bouwblokken (2 lagen en langskap) die als abstracte composities in open ruimte zijn geplaatst. Herhalingen van gelijke complexe treden ook op. In dit deelgebied is veel open ruimte voor verkeer en groen. Voorbeelden hiervan zijn de Hoge Weerd in het noorden van het dorpshart en het gebied tussen de Zwartelandstraat en de Hoofdstraat. Er is aandacht besteed aan de gevels van de blokken; bijvoorbeeld is de horizontaliteit van de blokken doorbroken door elementen die individualiteit aan de woningen teruggeven (o.a. erkers/balkons, gevelbekleding en forse gemetselde schoorste-nen). De zachte kleuren (o.a. geelgrijze bakstenen en crèmegele houten kozijnen en delen) van de bouwblokken zorgen ook voor een vloeiende overgang tussen bebouwing en openbare ruimte.

De Forumbeweging
De Vegtelarij, zuidoost van de kern Epe, is in de jaren ’80 gerealiseerd. De wijk, maar ook delen daarvan is sterk naar binnen gekeerd. Kenmerkend zijn het stratenpatroon en de weinig doorgaande wegen die een labyrintisch effect veroorzaken. De woningen zijn meestal geclusterd rondom woonerven waarbij een duidelijk onderscheid tussen voor- en achterkanten ontbreekt. Het merendeel van de woningen bestaat uit één of twee lagen met kap en heeft een gesloten karakter aan de straatzijde. De architectuur van de woningen is relatief ingetogen en sluit aan bij de jaren 70 mode; semi-ambachtelijke materialen, licht en donkere baksteen (grijs en oranjerood), hout (wit/grijs) en donkere pannen (antracietkleurig). Door variaties in de positionering en schakeling van de bebouwing ontstaat er een wisselend beeld in de overgangen van openbaar gebied naar privé erf. Een voorbeeld hiervan, in dit deelgebied, is de Willem van Oranjestraat.


Openbaar/privé: Willem v. Oranjestraat

Individuele woningbouw
Langs de Europalaan, aan de oostelijke rand van Epe en Schotakker, aan de westelijke rand, hebben in de loop van de jaren ’70 en ’80 kleine uitbreidingen plaatsgevonden. Het zijn meestal individuele woningen met een eigen en herkenbaar gezicht. Ze zijn ruimer in opzet en contrasteren met de vrij hoge dichtheid van de omgevende bebouwing. Door hun situatie aan de rand van Epe en dicht bij de N309 dragen ze bij aan het beeld van Epe.

Kernkwaliteiten
Het welstandsbeleid is gericht op instandhouding van de specifieke kwaliteiten van de verschillende typen woongebieden. Van belang voor de woonwijken in traditionele blokverkaveling is het handhaven van de heldere stedenbouwkundige opzet en de rust die van het straatbeeld uitgaat. Ook wordt gelet op de situering en repetitie van bouwmassa’s, op de eenvoud van straatprofielen en op de zorgvuldige detaillering van de bebouwing.

De waarde van de wijken van Het Nieuwe Bouwen schuilt vooral in de stedenbouwkundige opzet, de ruime en groene aanleg en de compositie van de bebouwing in de doorlopende open ruimte. Het gebied uit de periode van de Forumbeweging is aantrekkelijk door de kleine schaal en de variatie. Verbetering en behoud van de kleinschalige stedenbouwkundige opzet en de informele sfeer die uitgaat van het straatbeeld zijn belangrijk. Bij thematische uitbreidingen zijn stedenbouwkundige opzet, compositie van het straatbeeld, de contouren van de bouwmassa’s en de zorgvuldige detaillering essentieel. Rust in het straatbeeld, openheid en individualiteit van de bebouwingsopzet en aandacht voor het groene karakter vormen de basis voor de individuele woningbouw.


Informele sfeer (variaties in sprongen, nokhoogten)