0.4.4   Ruimtelijke onderbouwing bij afwijking van bestemmingsplan
 

Afwijking planologische regeling en ruimtelijke onderbouwing
Als een initiatief niet past in het bestemmingsplan voor dat gebied, dan is een omgevingsvergunning nodig voor het afwijken van dat bestemmingsplan. Voorheen werd dat geregeld via artikel 19 WRO en het projectbesluit, nu dus via de omgevingsvergunning (artikel 2.12, lid 1.a, onder 3 Wabo). Het besluit (vergunning) moet dan worden gemotiveerd met een goede ruimtelijke onderbouwing (waarin is aangetoond dat het initiatief niet in strijd is met de goede ruimtelijke ordening). Wij hebben jarenlange ervaring met het opstellen van dergelijke ruimtelijke onderbouwingen voor zowel particulieren als overheden. Denk daarbij ook aan het (laten) uitvoeren en coördineren van de benodigde (milieu)onderzoeken, detailhandelsonderzoeken, stedenbouwkundige of landschappelijke inpassing.

Digitaliseringseisen
De ruimtelijke onderbouwing, althans het besluit tot verlening van een omgevingsvergunning waarbij sprake is van een geval als bedoeld in artikel 2.12. eerste lid, onder a, onder 3 Wabo moet voldoen aan landelijke regels voor digitalisering. Deze landelijke standaarden zijn samengebundeld in de Ministeriele regelingen standaarden ruimtelijke ordening 2008 (RO standaarden 2008). Dit is verwoord in de Werkafspraak RO Standaarden vs. Wabo (Geonovum, september 2010).

Hoe geregeld? De mededeling van een besluit tot verlening van een omgevingsvergunning waarbij sprake is van een geval als bedoeld in artikel 2.12. eerste lid, onder a, onder 3 Wabo (het planologisch afwijkingsbesluit), wordt beschikbaar gesteld conform de vereisten zoals die zijn vastgelegd voor ‘projectbesluiten’ in IMRO2008 en STRI2008. De waarde van het attribuut ‘naam’ van de klasse Besluitgebied_X begint met: omgevingsvergunning.

Toelichting:
Sinds 1 januari 2010 geldt ingevolge de Wet ruimtelijke ordening (Wro) de verplichting dat ruimtelijke instrumenten, zoals bestemmingsplannen, beheersverordeningen en inpassingsplannen, langs elektronische weg beschikbaar worden gesteld. Dit vereiste is ingevolge de Wro ook van toepassing op een projectbesluit en een daarmee vergelijkbaar besluit om af te wijken van een beheersverordening. Eveneens is dit vereiste van toepassing op een tijdelijke ontheffing. Met de inwerkingtreding van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) op 1 oktober 2010 komen het projectbesluit, het vergelijkbare besluit om af te wijken van een beheersverordening en de tijdelijke ontheffing in de Wro te vervallen. Ingevolge de Wabo zal de verplichting tot elektronische beschikbaarstelling van bovengenoemde besluiten dan ook niet worden voortgezet. Voor het voormalige projectbesluit en het daarmee vergelijkbare besluit om af te wijken van een beheersverordening, die onder Wabo in de omgevingsvergunning opgaan, komt wel een andersoortige elektronische verplichting terug. De mededeling van een met artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo verleende omgevingsvergunning, dient ook langs elektronische weg plaats te vinden overeenkomstig de eisen die hiervoor worden gegeven in de Regeling standaarden ruimtelijke ordening 2008.Gewaarborgd blijft daarmee dat op perceelsniveau het geldende planologische regime (zoals onder meer het bestemmingsplan) kan worden geraadpleegd, alsmede dat kenbaar is wanneer voor welk project een omgevingsvergunning met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo is verleend voor afwijkingen van dit planologisch regime.

Tip:
In de Werkafspraak RO Standaarden vs. Wabo is uitdrukkelijk bepaald dat er geen andere documenten aan het besluitgebied gekoppeld mogen worden dan het Besluitdocument zelf. Ook niet een eventuele ruimtelijke onderbouwing als toelichting gekoppeld aan het besluitgebied. Het kan niet de bedoeling van de wetgever zijn geweest dat de ruimtelijke onderbouwing via ruimtelijkeplannen.nl niet kan worden geraadpleegd. Daarom kiezen wij voor de praktische oplossing door de ruimtelijke onderbouwing in zijn geheel in het Besluitdocument op te nemen, hetzij door deze te integreren in het besluit van B&W, hetzij door deze als bijlage in het besluit op te nemen.

Terug naar Beleidsondersteunend