3.3   Kansen op het gebied van wonen en woonomgeving
 

Inspelen op veranderende vragen, zoals aanpassingen, inwoning en extramuralisering
Als gemeente willen we waar mogelijk en passend binnen de wettelijke kaders inspelen op trends en veranderende behoeften. Als gevolg van de demografische ontwikkelingen als vergrijzing en afnemende bevolkingsgroei, gecombineerd met de economische crisis, wordt een kwalitatief hoogwaardige voorraad aansluitend bij de behoeften relatief van een steeds groter belang. Dynamiek in een gebied wordt in de huidige tijd overwegend ingegeven door particulieren met een investeringswens in bijvoorbeeld eigen woning of woonomgeving. Als gemeente leven we ons in in de (veranderingen in de) individuele wensen en behoeften. Bij de afweging van initiatieven trachten we een relatie te leggen met het publieke, algemene belang, waardoor ook een gezamenlijk belang gediend kan worden. Bij de afweging vormt deze structuurvisie een belangrijk kader.

Algemene vertrekpunten en afwegingskaders voor nieuwbouw- en herstructureringsplannen
Kansen die zich voordoen op de woningmarkt willen we zo goed mogelijk benutten. Als gemeente treden we faciliterend op op het gebied van de ruimtelijke ordening en het grondbeleid: de gemeente wijst woningbouwlocaties aan, maakt bestemmingsplannen en geeft, voor zover zij eigenaar is, bouwgrond uit.

Tevens treedt de gemeente op als regisseur ten aanzien van de realisering van de bouwplannen. De gemeente realiseert niet zelf, doch realiseert het beleid op basis van afspraken en overeenkomsten met marktpartijen. Waar het de woningcorporaties betreft, geldt dit niet alleen voor de nieuwbouw, maar ook voor de bestaande woningvoorraad. Graag gaat de gemeente met initiatiefnemende partijen in gesprek om mogelijkheden af te tasten en een voor alle partijen optimale situatie te bereiken.  

Criteria en vertrekpunten
In het algemeen beoordelen we plannen voor nieuwbouw en/of herstructurering/ renovatie op de bijdrage aan de kwaliteiten van de woonomgeving of kern. 
Wanneer een verzoek bijdraagt aan onderstaande, er geen belangen en waarden worden geschaad en er sprake is van een goede ruimtelijke inpassing, is ons uitgangspunt om zoveel als mogelijk aan verzoeken van derden tegemoet te komen. Het eerste beoordelingskader voor initiatieven bestaat uit onder andere de bestemmingsplannen, de welstandsnota én deze gemeentelijke structuurvisie.

Als algemene vertrekpunten bij de beoordeling van een initiatief en een gesprek daarover hanteren we voor de bebouwde omgeving:

  • de bijdrage aan de gewenste diversiteit van de woningvoorraad en de bijdrage aan de gewenste stimulering van huisvesting van belangrijke en kwetsbare doelgroepen;
  • de bijdrage aan de ruimtelijke karakteristiek en omgevingskwaliteit (waaronder ook de verhouding bebouwing en openbare ruimte);
  • de duurzaamheid van de ontwikkeling en de mate van flexibiliteit en levensloopbestendigheid.

Buitengebied in het algemeen:

  • ontwikkeling van woningbouw in het buitengebied mag de agrarische sector niet hinderen;
  • een bijdrage leveren aan de (omgevings- en belevings)kwaliteit; 
  • het bieden van de mogelijkheid om aan vrijgekomen agrarische bedrijfsgebouwen een woonfunctie toe te kennen;
  • het tegengaan van permanente bewoning van recreatiewoningen;
  • daarnaast gelden uiteraard de wettelijke (milieu)vereisten.

Voor de overige hoofdkeuzen en hoofdbeleidslijnen rondom het thema wonen verwijzen we naar de onderdelen: