2.1   Onze basisverantwoordelijkheid voor wonen en woonomgeving
 

Als onze basisverantwoordelijkheid op het gebied van wonen en woonomgeving beschouwen wij in ieder geval:

  1. Het bieden van voldoende passende woonruimte met een specifiek accent op  ouderen, starters en mensen met een (fysieke of mentale) beperking op de woningmarkt;
  2. het bieden van de juiste condities voor levensloopbestendige wijken, buurtschappen en kernen;
  3. het behouden van de kwaliteit van de woon- en leefomgeving. 

1. Voldoende passende woonruimte aansluitend bij de bevolkingsontwikkeling 

Het uitgangspunt is dat in principe elke inwoner van de gemeente Strijen in staat moet zijn om binnen de gemeente passende woningruimte te vinden. Van belang hierbij zijn het type woning, de betaalbaarheid van de woning, de bereikbaarheid en aanwezigheid van voorzieningen nabij de woning. Gezien de trends én de huidige situatie op de woningmarkt leggen we kwalitatief de prioriteit bij:

  • Woningen voor starters en jonge gezinnen, met name ook in de betaalbare categorie. Hierdoor worden huishoudens die in Strijen willen wonen voor de gemeente behouden. De huidige marktsituatie met zeer beperkte doorstroom vraagt om extra aandacht voor deze doelgroep. Doorstroming in de bestaande voorraad is essentieel voor deze groep. In de huidige marktsituatie zit echter weinig beweging.
  • Afstemming van de woningvoorraad op het groeiende aandeel ouderen. Waarbij enerzijds aandacht is voor de behoefte om zo lang mogelijk in het eigen huis te wonen en anderzijds voor beperking van de externe (zorg)kosten. Alleen wanneer men echt niet anders kan, verhuizen senioren naar een zorginstelling of een specifiek complex met ouderenhuisvesting.
  • Een toenemend aandeel éénpersoonshuishoudens stelt ook eisen aan de woningen. Onderscheid moet gemaakt worden tussen de oudere éénpersoonshuishoudens, die veelal alleen achterblijven in een gezinswoning én de startende éénpersoonshuishoudens, welke vooral behoefte hebben aan een betaalbare woning nabij centrumvoorzieningen, waardoor betaalbare (huur)appartementen ook voor deze doelgroep zeker aantrekkelijk zijn.   

Wat betreft het aantal te bouwen woningen is deels de bevolkingsprognose leidend, daarnaast wordt dit aantal bepaald door onze ambities. De prognoses (CBS en Primos) laten een groei van circa 300 huishoudens zien in de periode tot 2030. Socratesprognose van de provincie is hierin niet meegenomen. Gezien de afspraak in de regionale Woonvisie dat er sprake mag zijn van 30% extra plancapaciteit vanuit het oogpunt van flexibiliteit, betekent dit dat er voor de periode tot 2030 ongeveer een plancapaciteit dient te zijn tussen de 300 - 400 woningen. In ons huidige woningbouwprogramma zijn circa 310 woningen opgenomen.  Bijgaande kaart laat de spreiding over de gemeente en de kernen zien. Om flexibel in te kunnen spelen op 'tegenslagen' en op een steeds veranderende woningbehoefte, is dit aantal onvoldoende. Er ligt daarmee in de periode tot 2030 een zoekopgave voor maximaal 100 woningen. 






Wanneer gekeken wordt naar de samenstelling van de woningen in de op dit moment bekende plannen, dan lijkt er onvoldoende aansluiting op de kwalitatieve samenstelling van de te verwachten vraag. Deze laat zien dat de toename aan huishoudens geheel plaatsvindt in de eenpersoonshuishoudens (voornamelijk ouderen). Zoals in de inleiding geschetst, is het nog maar de vraag in hoeverre dit betekent dat de nieuwe woningen overwegend in de gestapelde (huur)sector gerealiseerd dienen te worden. Maar een verschuiving naar deze categorie, ook om de doorstroming te bevorderen is wel wenselijk. Analyse van de status en stand van zaken van de in het programma opgenomen plannen, laat zien dat een kwalitatieve herprogrammering daarvan niet eenvoudig is. Dit betekent een extra kwalitatieve opgave voor de nieuwe woningbouwlocatie(s) in Oost én aansluitend daarop in (het aanhakingsgebied met) het centrum. Bij het onderdeel 'ambitie' (2.2) geven we aan hoe we hieraan invulling beogen te geven. We blijven hiermee binnen de 'rode contouren'  zoals die afgesproken zijn met de regio en de provincie. Conform provinciaal beleid dient 80% van de opgave binnen deze contouren ontwikkeld te worden. Andere relevante afspraken in dit opzicht: regiobreed dienen nieuwbouwlocaties ontwikkeld te worden in een verhouding 50% inbreiding en 50% uitbreiding. Voor binnenstedelijke locaties geldt een dichtheid van 25 woningen per hectare en voor locaties aan de rand een maximale dichtheid van 15 woningen per hectare.    

Intermezzo provinciale afspraken en te verwachten herijking afspraken
De provincie heeft met de regio afgesproken dat er binnen de periode tot 2020 3.250 woningen gerealiseerd mogen worden gezien de bevolkingsontwikkeling en het tot nu toe gehanteerde uitgangspunt 'migratiesaldo nul' voor het Nationaal Landschap. Verdeeld naar het aantal inwoners, betekent dit voor de gemeente Strijen voor de periode tot 2020 een mogelijk te realiseren aantal woningen van 352. Recentelijk heeft de provincie een nieuwe Woonvisie opgesteld, op basis waarvan de afspraken rondom te realiseren woningen met de regio's herijkt zullen worden. Het migratiesaldonul als maximum zal wegvallen als vereiste. De verwachting is, dat het maximaal mogelijk aantal te bouwen woningen (fors) zal afnemen. Als gemeente Strijen (en de gehele Hoeksche Waard), zien we echter meer mogelijkheden voor ons gebied. De vraag is of concentratie van verstedelijking in de grootstedelijke gebieden wel aansluit bij de (huidige en toekomstige) woningbehoeften van (een deel van) de consumenten!?

Uit de regionale monitor van het woningbouwprogramma, blijkt dat voor de regio Hoeksche Waard als geheel op de korte termijn te veel woningen opgenomen zijn in de optelsom van de gemeentelijke programma's. Dit vraagt om een prioritering en temporisering in regionaal verband. Bijzonder voor de gemeente Strijen, is dat wij als een van de weinige gemeenten uit de Hoeksche Waard, het programma redelijk gelijkmatig verspreid over de jaren hebben en daardoor ook als een van de weinige gemeenten reeds potentiele woningbouwruimte hebben op de langere termijn. Als gevolg hiervan verwachten we dat de in regionaal verband voorgestelde (her)prioritering en temporisering beperkt aan de orde zal zijn.

Omdat de woningmarkt een regionaal samenhangend geheel is, is tussen de regio(gemeenten) en de provincie afgesproken, dat er eind 2012 een voorstel gedaan wordt aan de provincie over het terugbrengen van het huidige aantal woningen dat in de periode tot 2020 op de planning staat. De achterliggende gedachte, is dat door het terugbrengen van de plancapaciteit en het vaststellen van een realistischer programma -gegeven de huidige woningmarktsituatie en de demografische ontwikkelingen-,de kans op woningbouw wordt vergroot. Tevens betreft de afspraak tussen de provincie en de regio(gemeenten), dat er bindende afspraken worden gemaakt over de omvang, prijsklassen en woonmilieus. Als gemeenten in de Hoeksche Waard verankeren we dit in een aanvulling op de (reeds) actuele regionale woonvisie. Conform de afspraak met de provincie, is de tekst hiervan in december 2012 gereed. Eind 2013 zal de bestuurlijk geaccordeerde (aanvullende / geactualiseerde) tekst gereed te zijn.    

 
   

2. Levensloop bestendige wijken, buurtschappen en dorpen

Ons streven is dat de inwoners van Strijen zo lang mogelijk met plezier in hun eigen woning kunnen blijven wonen. Hiervoor is het onder andere noodzakelijk dat aanpassing van de woning mogelijk is aan veranderende wensen. Dit willen we als gemeente zoveel mogelijk faciliteren. Belangrijke voorwaarde voor een aantrekkelijke woon- en leefomgeving én voor het zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen, is het in de omgeving aanwezige (of goed bereikbare) voorzieningenpakket. 

Dit sluit aan bij het agendapunt uit de regionale structuurvisie: 'Dorpenland'. Hieraan is het streven verbonden dat de leefbaarheid in dorpen bevorderd wordt en ruimte geboden wordt voor ontwikkeling: de gemeenten mogen bouwen voor tenminste de eigen bevolkingsgroei met respect voor de kernkwaliteiten van het landschap. In de in regionaal verband in ontwikkeling zijnde sociaal-maatschappelijke visie, wordt als streefbeeld voor de Hoeksche Waard genoemd: "de Hoeksche Waard wil in een 'groene' regio zijn, met voldoende sociale kwaliteit en vitaliteit waar iedereen zowel jong en oud zich thuis voelt en mee kan blijven doen, maar waarbij er ook oog is voor de lokale verschillen: eenheid in verscheidenheid".  Dit betekent bijvoorbeeld voor ouderen passende arrangementen op het terrein van wonen, zorg en welzijn.

We zien het als onze verantwoordelijkheid om hieraan bij te dragen. Samen met regiogemeenten, betrokken corporaties, welzijnsinstellingen en zorgaanbieders hebben we daarom op 22 september 2010 het 'Pact van mijn hart' ondertekend. Doel hiervan is om te zorgen dat inwoners lang, gezond en goed kunnen leven in de eigen omgeving. Hiervoor is samenwerking tussen te partijen nodig om te voorkomen dat langs elkaar heen wordt gewerkt.

Woonservicezones
Belangrijk onderdeel van dat 'Pact', is het realiseren van woonservice zones. De omvang en structuur van onze gemeente, gecombineerd met de spreiding van de bevolking en voorzieningen, leidt ertoe dat wij de gehele gemeente als één woonservicezone zien. Een woonservicezone is te omschrijven als een prettig woongebied, waarin specifieke doelgroepen, zoals ouderen en mensen met een beperking, zo zelfstandig mogelijk en met behoud van eigen regie kunnen wonen. In de zone zijn condities geschapen voor wonen met zorg en welzijn. Er is sprake van integrale zorg en dienstverlening, georganiseerd vanuit een zorgwelzijnskruispunt of  coördinatiepunt. In het gebied zijn voldoende aanpasbare woningen en/of specifieke ouderenwoningen aanwezig. Daarnaast heeft de woonomgeving een gepast voorzieningen niveau. Het betekent onder andere voor de regio als geheel, een opgave van 1000 zorg gerelateerde woningen tot 2020 en 1200 woningen (waarvan 600 door aanpassing in de voorraad) voor mensen ouder dan 75 jaar.
Momenteel zijn we met betrokken partijen (HW Wonen en Zorgwaard) in overleg over de betekenis en uitwerking van het 'Pact' voor onze gemeente. Duidelijk is in ieder geval dat er een specifieke woningbouwopgave ligt, welke we gezien de woonwensen van betrokken bevolkingsgroepen zo veel mogelijk willen accommoderen nabij de centrumvoorzieningen in de kern Strijen.

 
   

3. Het behouden van de kwaliteit van de woon- en leefomgeving

Het 'dorpse karakter' is een belangrijke pijler van onze woonkwaliteit. We kennen als gemeente geen 'echte' probleemgebieden. Het behouden van de ruimtelijke kwaliteit van de woon- en leefomgeving is een belangrijk uitgangspunt voor ons. Het gaat hier om een samenspel van factoren als het aanwezige groen in de kern, het omringende landschap, voldoende parkeermogelijkheden, maar natuurlijk ook een (basis)voorzieningenpakket op bereikbare afstand. Wanneer iets 'goed' of 'toereikend' is, is natuurlijk moeilijk te zeggen en afhankelijk van de mening van de mensen in de samenleving. Het woningbehoefte onderzoek laat een relatief hoge score zien als het gaat om de waardering van de voorzieningen binnen de gemeente en de analyse van de meldingen / klachten van de inwoners laat zien dat deze over het algemeen redelijk tevreden zijn. Als gemeente zijn we de eerstverantwoordelijke partij voor de kwaliteit en het onderhoud van de openbare ruimte.   

Specifiek aandachtsgebied vormt de Oranjewijk. De corporatie HW Wonen werkt hier aan een ingrijpend revitaliseringsplan, waarbij de bevolking nauw betrokken wordt en de eigen identiteit en het karakter een belangrijke rol spelen ('Strijen blij'). In het herstructureringsplan worden meerdere fases onderscheiden. Momenteel is de uitvoering van de eerste fase gestart en wordt gewerkt aan planvorming voor de tweede fase. Onderdelen hiervan zijn het aanpakken van de kwaliteit van de woningen, door deels sloop/nieuwbouw en anderzijds het opknappen van bestaande woningen. De vraag is of op termijn (buiten de planperiode van deze structuurvisie) voor het gebied rondom de Boomgaard (een wijk uit de jaren '80) ook een dergelijk maatregelenpakket aan de orde zal zijn. Aandachtspunten in dat gebied vormen de beperkte groen- en parkeervoorzieningen en een vrij eenzijdige samenstelling van de woningvoorraad. Samen met de corporatie, houden we hier als gemeente de vinger aan de pols. In het kader van haar 'voorraadbeheer' onderzoekt de corporatie naar strategieën waarmee bestaande woningen die lang(er) leegstaan / te koop staan, weer een duurzame toekomst kunnen krijgen.

Ook het centrumgebied vormt voor ons een aandachtspunt. Een aantrekkelijk, levendig en goed functionerend centrum gebied vormt een belangrijke voorwaarde voor een goed woon- en leefklimaat in de gemeente. Recent hebben we daarom het Centrumplan  vastgesteld, waarin naast voorstellen voor de structuur van het kernwinkelapparaat en het voorkomen van leegstand in die sector, ook voorstellen worden gedaan voor een kwaliteitsslag in de openbare ruimte en een verbreding op het gebied van recreatie en toerisme. Bij het thema voorzieningen wordt hierop uitgebreider ingegaan.

Effecten van beleidsomslag woningbouwcorporatie
Een aandachtspunt van een geheel andere orde is gerelateerd aan het feit dat de corporatie HW Wonen recentelijk (december 2011) bekend heeft gemaakt, geleidelijk aan het huurwoningbezit in de Strijensas en Mookhoek te gaan verkopen. Als gemeente baart het ons zorgen, wat de effecten zullen zijn van deze ontwikkeling op termijn: biedt het kansen omdat er betaalbare koopwoningen in de kleine kernen beschikbaar komen voor startende gezinnen, of juist niet omdat er geen sociale huurwoningen (met uitzondering van de relatief nieuwe appartementen in Strijensas) in de toekomst in deze kleine kernen meer zullen zijn? Momenteel (begin 2012) onderzoeken we de voor- en nadelen van deze beleidskeuze van HW Wonen en zullen we op basis daarvan ons standpunt innemen. In dit onderzoek betrekken we ook het onlangs gepresenteerde kabinetsvoorstel om woningcoporaties te verplichten om minstens 75% van de woningen te koop aan te bieden en huurders van coproratiewoningen het recht te geven om tegen de marktprijs hun woning te kopen.Voor ons als gemeente Strijen, is het in ieder geval van groot belang dat met de uiteindelijk te kiezen koers, bijgedragen wordt aan behoud/versterking van de leefbaarheid, de sociale cohesie en de vitaliteit in onze kleine kernen en buurtschappen.      

Beeldkwaliteitsplannen voor nieuwe ontwikkelingen
Ook op een ander vlak komt onze aandacht voor (ruimtelijke) kwaliteit van de woon- en leefomgeving tot uitdrukking: waaronder de belevelingswaarde van een gebied. Om hiervoor de vinger aan de pols te houden, vragen we bij nieuwe ontwikkelingen aan de ontwikkelende partij een beeldkwaliteitsplan, waarin zowel de kwaliteit van de bebouwde als onbebouwde ruimte aan de orde dient te komen. Het gaat hierbij om bebouwingstypen, - vormen, kleur- en materiaalgebruik en inrichting openbare ruimte.

Voor het overige beleid voor wonen: