3.1   De gemeentelijke basisverantwoordelijkheid voor wonen en woonomgeving
 

Voor de gemeente Westerveld is het belangrijk dat elke inwoner in beginsel in staat moet zijn om een passende woning te vinden binnen de gemeente. Passend ten aanzien van het type woning, de bereikbaarheid van de (basis)voorzieningen maar ook ten aanzien van de bereikbaarheid. Binnen de bestaande woningmarkt en de wijze waarop deze is georganiseerd, is het grote deel van de inwoners van de gemeente Westerveld in staat om hun eigen keuzen te maken.

   

Doelgroepen
Wel vindt de gemeente Westerveld dat zij voor een aantal doelgroepen medeverantwoordelijk is. Deze doelgroepen zijn binnen de mechanismen van de woningmarkt onvoldoende in staat om hun eigen keuzen te kunnen maken en te verwezenlijken. De gemeente Westerveld zal daarom waar zij de mogelijkheden heeft sturen op voldoende passende woningen voor de doelgroepen. Zowel bij de aanpassingen aan de bestaande woningvoorraad, bij de programmering van nieuwbouw, bij de herziening van bestemmingsplannen en discussies over bijvoorbeeld  het gebruik van bijgebouwen als (mantelzorg)woningen, gaat specifieke aandacht uit naar: 

  • starters en koopstarters;
  • gezinnen;
  • senioren;
  • jongeren;
  • lage inkomensgroep;
  • zorgbehoevenden;
  • bewoners van de koloniewoningen in Belvedere Frederiksoord-Wilhelminaoord.

Ten aanzien van deze doelgroepen hebben we als gemeente in hoofdzaak een inspanningsverplichting en geen resultaatverplichting. Dit is ook niet mogelijk omdat de gemeente zelf geen woningen realiseert. Deze worden door andere partijen (ontwikkelaars, woningbouwverenigingen en dergelijke) gerealiseerd. Als gemeente zullen we erop toezien dat er voldoende aanbod blijft aan betaalbare woningen in de bestaande voorraad, die ook frequent genoeg beschikbaar komen voor starters. Daarnaast zien we, waar mogelijk, toe op voldoende aanbod aan kwalitatief goede betaalbare woningen voor alle doelgroepen en op voldoende woningen nabij voorzieningen voor mensen met een beperking. De gemeente is in deze facilterend en kaderstellend en daarnaast:

  • hebben we hiertoe prestatieafspraken gemaakt met de woningbouwvereniging  die om de 4 jaar worden herzien. We zijn voornemens om deze in regionaal verband te herzien op het moment dat er helderheid is over het rijksbeleid ten aanzien van het wonen en de consequenties daarvan voor de corporaties;
  • treden we op als regisseur. Wie niet zelf stuurt wordt gestuurd;
  • willen we afspraken maken met zorginstellingen en ontwikkelaars;
  • faciliteren we de samenwerking tussen partijen.

Woningbouw(programma)
Centrale hoofdkeuze van deze ruimtelijke structuurvisie is dat we kwalitatieve accenten leggen naar dorpstypen, maar dat van een gestuurde verdeling van woningen over de verschillende kernen geen sprake is. We gaan uit van een vraaggestuurde markt waar het om woningbouw gaat. In het inleidende hoofdstuk met de rode draden hebben we dit als 'kop' van de structuurvisie neergezet. Graag verwijzen we hiernaar. De kern is dus dat we een koerswijziging ingezet hebben van aanbodgestuurd, naar vraaggericht. We beseffen ten zeerste dat we grotendeels afhankelijk zijn van particuliere initiatieven. Voor alle dorpstypen geldt dat er mogelijkheden zijn voor particuliere initiatieven, ook in de vorm van CPO. Daarnaast liggen in het beoogde kwalitatieve woningbouwprogramma voor elk dorpstype accenten op specifieke doelgroepen, gericht op de specifieke functionele eigenheden van elke kern, zoals het al of niet aanwezig zijn van (maatschappelijke) voorzieningen.

Levensloopbestendig wonen
De gemeente is van oordeel dat mensen, als ze dat willen, zo lang mogelijk in hun (eigen) woning moeten kunnen blijven wonen. Dat betekent dat nieuwe woningen zó worden gebouwd dat zo weinig mogelijk belemmeringen bestaan voor mensen met een beperking of dat eenvoudig aanpassingen zijn aan te brengen. Daarmee zijn de woningen geschikt voor meerdere doelgroepen. De gemeente kan dit niet afdwingen. Daarom maken we afspraken met opdrachtgevers in de bouw en in de eerste plaats uiteraard met de corporaties. De toepassing van Woonkeur en waar mogelijk domotica als kwaliteitsmaatstaf is daarbij het meest nastrevenswaardig. Voor starters geldt daarnaast dat zij met name op zoek zijn naar uitbreidbare woningen met een redelijke tuin. Maar ook met commerciële ontwikkelaars willen we afspraken maken over levensloopbestendigheid en aanpasbaarheid. Voor de bestaande woningen hanteren we een faciliterend vergunningenbeleid ten aanzien van eigenaar-bewoners om, zover zij dit wensen, hun eigen woning te kunnen aanpassen aan hun veranderende woonbehoeften. 

Behouden van de kwaliteit van woon- en leefomgeving en duurzaamheid
Het 'dorpse en groene karakter' is een belangrijke pijler van onze woonkwaliteit. We kennen als gemeente geen 'echte' probleemgebieden. Het behouden van de ruimtelijke kwaliteit van de woon- en leefomgeving is een belangrijk uitgangspunt voor ons. Het gaat hier om een samenspel van factoren als het groen in de kern, het omringende landschap, voldoende parkeermogelijkheden, maar natuurlijk ook een (basis)voorzieningenpakket op bereikbare afstand. Wanneer iets 'goed' of 'toereikend' is, is natuurlijk moeilijk te zeggen en afhankelijk van de mening van de mensen in de samenleving. Als gemeente zijn we de eerstverantwoordelijke partij voor de kwaliteit en het onderhoud van de openbare ruimte. Dit betekent dat de gemeente een actieve rol heeft in het behoud van de kwaliteit van de openbare ruimte.
Wat betreft het regievoeren op architectuur en beeldkwaliteit van woningen en gebouwen in het algemeen, passen we de welstandsnota toe.

Voor de overige hoofdkeuzen en hoofdbeleidslijnen op het gebied van wonen en woonomgeving wordt verwezen naar de onderdelen: