2   Het ruimtelijk karakter van Westerveld
 

1. Introductie

Westerveld is van oudsher een agrarische gemeente met een waardevol, grotendeels gaaf en afwisselend landschap, met een bijzondere grote hoeveelheid natuurgebieden en cultuurhistorische waarden. Gebieden zoals het Drents-Friese Wold, Frederiksoord en het Dwingelderveld zijn in heel Nederland bekend en zijn primair van belang voor de uitstraling, beleving en positie als recreatie- en woongemeente en de werkgelegenheid in de gemeente.

We willen ook in de toekomst een uniek dorps en groen gebied zijn, waar het goed wonen, werken en recreëren is. Een plaats waar inwoners en bezoekers het prettig vinden om te verblijven. Het is voor ons de uitdaging, voor een evenwichtige balans te zorgen tussen behoud en versterking van de waarden èn een zo optimaal mogelijke gebruiks- en belevingswaarde van dat landschap ten behoeve van het recreëren, het wonen en het ondernemen daarin.

In dit onderdeel van de structuurvisie komen de verschillende deelaspecten aan de orde die binnen het thema 'ruimtelijk karakter, ruimtelijke kwaliteit en belevingswaarde' een rol spelen: geomorfologie, hoogteligging, bodemsamenstelling, natuur, archeologie en cultuurhistorie en landschappelijke structuur.  

   

2. Stand van zaken / huidige situatie

In een via deze link toegankelijke bijlage, is een uitgebreide beschrijving op structuurvisieniveau opgenomen in woord en beeld, van de diverse aspecten die van belang zijn voor het ruimtelijk karakter van Westerveld: de geomorfologie, de hoogteligging, de bodemsamenstelling, cultuurhistorie en archeologie, de hoofdelementen van de landschappelijke structuur en de natuur. Hier worden slechts enkele elementen benoemd.

Geomorfologie en hoogteligging
De geomorfologische ondergrond bepaalt in hoge mate de vestigingsmogelijkheden voor flora en fauna, bodemvorming en de wijze van ontginning en gebruik door de mens. De geomorfologie van Westerveld is grotendeels bepaald in het Saalien: de periode vanaf de voorlaatste ijstijd zo’n 200 miljoen jaar geleden. Het landijs stuwde de bodem op. Aan het eind van deze ijstijd ontstonden smeltwaterdalen, die de basis vormen voor het beekdalsysteem nu. Onder andere hierdoor kent de gemeente Westerveld grote hoogteverschillen. Over het algemeen kan gezegd worden dat het noordoostelijk deel van de gemeente hoger gelegen is dan het zuidwestelijk deel, met de uitzondering van de stuwwal van de Havelterberg die als een eiland in het verder laaggelegen gebied ligt.  

Bodem
Het overgrote deel van de bodemsamenstelling in Westerveld wordt bepaald door zandgronden, met daaraan ondergeschikt veengronden en klei. Karakteristiek voor gebieden waar het essenlandbouwsysteem heeft plaatsgevonden zijn de enkeerdgronden en de hoge zwarte enkeerdgronden. Karakteristieke elementen die kenmerkend zijn voor dit deel van Nederland zijn de vele dobben, min of meer ronde kuilen die voorheen gebruikt werden als drenkplaats voor het vee.

Cultuurhistorie en archeologie
Westerveld kent een lange bewoningsgeschiedenis die duidelijk haar sporen heeft nagelaten in het landschap. De hunebedden zijn de oudste en bekendste getuigen van deze geschiedenis. In de gemeente zijn overal historische elementen terug te vinden, soms vlak bij elkaar terwijl ze uit heel verschillende tijden dateren. Deze sterke gelaagdheid van geschiedenis is het sterkst te zien op de Havelterberg waar naast bijvoorbeeld de hunebedden ook restanten van het afgebroken dorpje Darp zijn terug te vinden en van het vliegveld uit de Tweede Wereldoorlog wat daarvoor in de plaats kwam. In de bijlagen is een lijst opgenomen met specifieke elementen waaraan een cultuurhistorische betekenis wordt toegekend. Een minder in het oog springend maar net zo karakteristiek cultuurhistorisch element wordt gevormd door het landschap dat in grote lijnen is bepaald door het essenlandbouwsysteem. Een bijzondere plek in de geschiedenis van Westerveld is die van de veenkoloniën van Wilhelminaoord en Frederiksoord. De georganiseerde ontginning van de woeste gronden en de stedenbouwkundige en architectonische vormgeving hebben een uniek samenhangend beeld opgeleverd. Samenhangend met de turfwinning werd tussen 1769 en 1780 de Drentsche Hoofdvaart gegraven. Het vormt de verbinding tussen Assen en het Meppeler Diep. Het kanaal heeft nu nog de functie als vaarweg voor de recreatievaart en niet meer voor de beroepsvaart.

Natuur
Een belangrijk deel van de gemeente Westerveld is beschermd bos- of natuurgebied.
Zo zijn de gebieden Drents-Friese Wold en Leggelderveld, Dwingelderveld en Holtingerveld (voorheen Havelte-Oost) aangewezen als Natura 2000-gebied. Het Drents - Friese Wold en het Dwingelderveld zijn daarnaast ook aangewezen als Nationaal Park. Deze drie gebieden maken, samen met de in het Gebiedsplan begrensde bos- en natuurgebieden ook deel uit van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Naast de drie genoemde natuurgebieden en de EHS komen verspreid in de gemeente bossen, heidevelden, e.d. voor.

Landschapsstructuur
Het landschap in de gemeente Westerveld is het resultaat van een voortdurende wisselwerking van het natuurlijk milieu en de talloze menselijke ingrepen in de loop der eeuwen. In de Kadernota Buitengebied is een uitgebreide beschrijving van de karakteristiek en van de kernkwaliteiten van de verschillende landschapstypen opgenomen. Daarin is ook een inventarisatie opgenomen van de gaafheid (hoog, middelhoog en laag) van het landschap(stype) en de randen of overgangen van de landschapstypen. Door de afnemende binding tussen de landschappelijke ondergrond en het gebruik staan de landschappen onder druk, wat zich het meest uit in de beekdalen waar de oorspronkelijke kleinschaligheid verloren is gegaan.

 

Landschapsstructuur 

Ruimtelijke hoofdstructuur
De ontwikkeling van dorpen en het landschap is bepaald door de ontstaansgeschiedenis, bodemgesteldheid, cultuurhistorie en door activiteiten van de mens. Het is uniek en het vormt de ruimtelijke identiteit van onze gemeente. 

3. Trends

Als bestuur merken we dat er diverse vragen en ideeën zijn vanuit de samenleving (of andere overheden) die tot een beslag op de ruimte leiden. Ook al is bij ons de ruimte niet letterlijk schaars, ze is wel uitzonderlijk fraai en daarom is het van het grootste belang om zorgvuldig met deze vragen om te gaan. We zien gelukkig ook een toenemende maatschappelijke bewustwording van de noodzaak tot duurzaamheid en een waardering van waarden. Dit uit zich bijvoorbeeld ook in een toenemende interesse voor extensieve, routegerelateerde recreatie zoals fietsen, wandelen en paardrijden.

Vanuit de duurzaamheidsnoodzaak worden de milieueisen strenger, waardoor ontwikkelingen mogelijk steeds moeilijker van de grond komen. Als gemeente moeten we hier waakzaam voor zijn. Daarom hebben we ook de Beleidsnota Duurzaamheid Westerveld opgesteld.

Specifiek voor het buitengebied geldt, dat er sprake is van een relatief grote dynamiek, die naar de toekomst toe verder door zal zetten. Enerzijds is er de schaalvergroting in de agrarische sector en anderzijds neemt het aantal niet-agrarische functies in het buitengebied toe: van wonen tot recreatie, zorg en bedrijvigheid. Er is sprake van het ontstaan van multifunctionele (agrarische) bedrijven, waarbij naast het agrarische bedrijf ook nevenactiviteiten uitgevoerd worden om duurzaam in levensonderhoud te kunnen voorzien. Het zoveel mogelijk accommoderen van deze dynamiek kan op gespannen voet (komen te) staan met het streven de landschappelijke kwaliteiten te behouden.

4. Hoofdlijnen van beleid

In het algemeen hebben een goede landschappelijke inpassing en ruimtelijke kwaliteit hoge prioriteit. Rode ontwikkelingen mogen niet leiden tot een aantasting daarvan, maar moeten waar mogelijk juist bijdragen aan een verbetering van die ruimtelijke kwaliteit. Dit moet gebiedsgericht uitgewerkt worden: daar waar de waarde beperkt(er) is, is meer ruimte voor rode dynamiek dan waar sprake is van hoge waarden en kwetsbaarheid daarvan. 

In de eerder genoemde Kadernota Buitengebied en het daaruit voortvloeiende bestemmingsplan Buitengebied van de gemeente Westerveld is uitgebreid de typologie in landschappen beschreven hoe deze in stand kan worden gehouden ondanks de dynamiek in het gebied. Uitgangspunt hiervoor is gebiedsgericht maatwerk, waarvoor we een integrale zonering opgesteld hebben die aangeeft in welke gebieden natuur, recreatie en/of landbouw het primaat hebben. Voor onderbouwing en achtergrondinformatie verwijzen we graag naar het bestemmingsplan Buitengebied. In de bijlagen van deze structuurvisie, middels deze link toegankelijk, is deze zonering kort benoemd.

In deze ruimtelijke structuurvisie hebben we deze integrale zonering uit het bestemmingsplan Buitengebied geabstraheerd tot een zonering waarbij voor iedere zone andere accenten gelegd zijn voor functionele en ruimtelijke ontwikkelingen. Hiervoor verwijzen we graag naar de onderdelen 2.1 (basisverantwoordelijkheid ruimtelijk karakter) en 2.2. (ambitie ruimtelijk karakter). Onderstaand kaartbeeld geeft deze globale, maar integrale zonering.

Zonering landschap

Ontwikkelingen in het buitengebied worden getoetst op kwaliteit. Hierbij is de ligging in en de aansluiting bij het landschapstype bepalend. In het gemeentelijke Beeldkwaliteitsplan Buitengebied behorend bij het bestemmingsplan Buitengebied zijn de vereisten ten aanzien van inpassing, inrichting en materialisering opgenomen. Hiernaar verwijzen we graag.

In het algemeen: voor de ruimtelijke hoofdstructuur geldt primair het behouden, beschermen en versterken van de specifieke identiteit en ruimtelijk karakter. Hierdoor blijft de hoge omgevingskwaliteit gehandhaafd en kan deze mogelijk worden versterkt. Voor het buitengebied gaan we uit van het behoud en de ontwikkeling van het landschappelijk raamwerk. De realisatie van de Ecologische Hoofdstructuur is hierbij van belang, maar tegelijkertijd ook de ontwikkeling van het recreatief medegebruik van het buitengebied. De kwaliteiten die het groen, het water, (hiertoe wordt aangehaakt bij de initiatieven voortkomend uit de Beekdalenvisie 2030 van de Provincie Drenthe), de cultuurhistorie en de natuur bieden moeten dus niet alleen worden veiliggesteld maar ook worden versterkt en benut. De kwaliteiten zijn van grote betekenis voor de inwoners, ondernemers en bezoekers. 

Deze hoofdlijnen van het beleid voor natuur, water, cultuurhistorie, landschapsbeleving en ruimtelijke hoofdstructuur zijn iets verder uitgewerkt in de volgende onderdelen: