10   Bijlage: begrippenlijst kostenverhaal
 
Anterieure overeenkomst: overeenkomst tussen gemeente en particuliere eigenaar over grondexploitatie, gesloten vóór de vaststelling van een planologische maatregel.

Bovenplanse kosten: in artikel 6.13, zevende lid, van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) wordt gesproken van bovenplanse kosten, zonder dat dit is gedefinieerd. Genoemd artikellid is via het amendement Irrgang in de Wro terechtgekomen. Het amendement is als volgt toegelicht:
“Het amendement beoogt een samenhangende ontwikkeling van verschillende locaties mogelijk te maken, op grond van een structuurvisie waar de samenhang duidelijk in wordt beschreven, zonder dat gemeentes gedwongen worden om al die locaties in één grondexploitatie onder te brengen. Dat kan aan de orde zijn wanneer over de meeste locaties wel vrijwillige afspraken gemaakt kunnen worden, maar over één of twee niet. Dan leidt het onderbrengen van alle locaties onder het regime van de grondexploitatiewet tot onnodige bureaucratisering. In het geval van een samenhangende ontwikkeling waarbij meerdere gemeenten betrokken zijn, houdt één grondexploitatie een groot bestuurlijk risico in. Bovendien kennen de verschillende locaties vaak een verschillend ontwikkeltempo. Om dergelijke redenen kan het opportuun zijn om uit te gaan van gescheiden grondexploitaties, maar wel een vorm van bovenplanse verevening toe te passen.”
Uit de toelichting op het amendement volgt dat de indiener van het amendement met bovenplanse kosten heeft bedoeld te stellen “bovenplanse verevening”.

Bovenplanse verevening: in de Wro ontbreekt een definitie van dit begrip. In de praktijk gaat het over het, naast de gebiedseigen kosten, bijdragen vanuit winstgevende exploitatiegebieden ter (gedeeltelijke) dekking van een tekort in de grondexploitatie van een ander exploitatiegebied.

Bovenwijkse voorziening: het begrip is niet in de wet gedefinieerd. Wel volgt uit de definitie van ‘voorzieningen’ dat een bovenwijkse voorziening altijd moet voorkomen op de lijst van voorzieningen, zoals opgenomen in artikel 6.2.5 van het Besluit ruimtelijke ordening. Een voorziening heeft een ‘bovenwijks’ karakter, wanneer de kosten van de voorziening vanuit de toepassing van de criteria profijt, toerekenbaarheid en proportionaliteit niet voor 100% ten laste van één exploitatieplan/-gebied kunnen worden gebracht.

Bijdrage aan ruimtelijke ontwikkeling: financiële bijdrage aan in een vastgestelde structuurvisie vastgelegde ruimtelijke ontwikkelingen, als bedoeld in artikel 6.24, eerste lid, onder sub a, van de Wro.